Een doordeweekse dag ziet er grofweg hetzelfde uit. De deelnemers zijn welkom vanaf 08:45 en er wordt begonnen met voeren van de kalveren, brokken, maismeel, en kuilgras of hooi. Na het voeren worden de kippen verzorgd. De eieren worden geraapt, het water bijgevuld en het hok onderhouden. Ook de geiten en de pony worden niet vergeten.

Ondertussen zijn de tuiners er ook. Zij beginnen met oogsten van verse groente en fruit om de eigen boerderijwinkel aan te vullen. De winkel moet er netjes bijstaan om vanaf 11:00 klanten te kunnen ontvangen. Een aantal deelnemers heeft geen vaste taak binnen de ochtendroutine rond het vee of de tuin maar begint zelfstandig aan een andere geplande taak. Deze taken lopen uiteen van aardappels schillen op de naastgelegen woon-zorg voorziening, verwerken van haardhout of houtbewerking.

Na de koffiepauze rond 10:00 worden nog wat vaste taken opgepakt. Voor de veegroep betekent dit het opstrooien van de stallen, het paard en de pony's naar de wei brengen en de tuinders hebben altijd wel werk aan de grote moestuin. 

Voor de lunch gaat een deelnemer rond wie er een eitje wilt, een eigengemaakte soep van de verse groenten gaat er bij de meeste ook wel in.

De middag wordt besteed aan varierende werkzaamheden. Op woensdag is er een creatieve middag.

Na een pauze om 15:15 is het tijd voor de laatste ronde voeren en gaan de eerste deelnemers naar huis. De laatste stoppen om 16:00.

Deelnemers gaan veelal zelfstandig te werk. Soms met de begeleider, soms met een vrijwiliiger en soms met een andere deelnemer. De begeleider controleert de uitvoering en stuurt zonodig bij als het even niet lukt.

Iedere deelnemer heeft een doel of meerdere doelen, deze komt voort uit de zorgvraag (de indicatie). begeleiders kijken samen de deelnemer wat een haalbaar doen is, en geeft hier regelmatig feedback op.

Deze doelen worden tussentijds, en tenminste 1x per jaar geevalueerd.